LIMBURG – Gisteravond is op diverse plekken de paddentrek op gang gekomen. De komende weken zullen padden, kikkers en andere amfibieën weer uit hun overwinteringsplaatsen kruipen, waarna ze aan hun trek naar de voortplantingswateren beginnen. Voor de koudbloedige beestjes is dat op diverse plekken niet zonder gevaar. In heel Limburg zijn er in deze periode mensen die padden-overzet-acties organiseren langs drukke verkeerswegen. Elk jaar weer worden op deze manier behoorlijke aantallen dieren overgezet.
Zo werden er in het vroege voorjaar van 2012 maar liefst 37.766 amfibieën veilig overgezet. Voor dit werk waren ruim 300 vrijwilligers verdeeld over 23 overzetgroepen in de vroege ochtenduren en in de avonden in de weer. Dat blijkt uit het jaarverslag paddenoverzet 2012 van de stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen in Limburg (IKL).
Bij het stijgen van de temperatuur en een toename van de luchtvochtigheid ontwaken padden, kikkers en salamanders uit hun winterslaap die ze veelal diep weggestopt onder de grond, of tussen hout, stenen of snoeimateriaal hebben doorgebracht. Op de geur van algen en slijk kruipen ze dan massaal in de schemer en duisternis naar het water om zich voort te planten en eieren af te zetten. De gewone pad is daarbij een uiterst langzame verkeersdeelnemer, die wisselend stilzit en zich dan weer over kleine afstanden verplaatst. De oversteek van een zeven meter brede weg kan op die manier wel een kwartier duren. Bovendien blijven ze ook nog eens minutenlang stilzitten in het schijnsel van autolampen. Het is dan ook niet verwonderlijk dat ze vaak massaal bij het oversteken van wegen worden doodgereden. Juist de versnipperde ligging tussen voortplantingswateren en de winterverblijfplaatsen van de amfibieën wordt gezien als een belangrijke oorzaak van de achteruitgang van de amfibieën in Nederland.
Schermen en emmers
Waar kikkers en padden massaal doodgereden worden, treffen plaatselijke bewoners en werkgroepen, vaak al jaren achtereen, specifieke maatregelen om de verkeerssterfte te reduceren. Dit kan variëren van het plaatsen van borden, het rapen en overzetten van padden tot het plaatsen van schermen en emmers. Door de schermen na te lopen en de amfibieën veilig over te zetten, kan de sterfte beperkt blijven. Daarnaast kunnen knelpunten opgeheven worden door de aanleg van tunnels of nieuwe voortplantingswateren.
Resultaten 2012
Het weer in februari en maart verleden jaar vertoonde een grillig verloop. Dat had ook zijn weerslag op de trek van de amfibieën. Lange tijd bleef de temperatuur laag. Bovendien was het in die periode erg droog. Op veel plekken kwam de trek dan ook niet massaal op gang. Uit het overzicht blijkt dat er in Limburg dit voorjaar 37.766 amfibieën veilig overgezet zijn. In totaal ging het om 31.898 padden. Daarnaast werden ook nog eens 1.908 bruine, groene en boomkikkers en 2.072 alpenwater-, kleine water- en kamsalamanders overgezet. Leuke vondsten waren er dit jaar ook. Zo zaten er 26 vinpootsalamanders en twee rugstreeppadden in de emmers. Onder het aantal overgezette dieren waren ook 1.860 dieren die niet op naam gebracht zijn.
Door de fluctuaties in de gegevens die IKL binnenkrijgt (nieuwe overzetgroepen, groepen die zijn gestopt) is het moeilijk om vergelijkingen te trekken met voorgaande jaren. In 2011 werden in totaal 47.538 overgezette dieren door 22 groepen teruggemeld. In 2010 ging het om 32.524 dieren en 18 groepen.
De overzetgroepen
De mensen die de padden overzetten doen dit onder meer als IVN-afdeling. Hierbij ging het om mensen in Kerkrade, Meerssen, Stein, Gennep, Nuth, Meyel, Valkenburg, Maas en Niers en Ubach over Worms (gem. Landgraaf). Daarnaast zijn plaatselijke natuurorganisaties in touw waaronder de Natuur-en milieugroep ANIMO uit Mook-Middelaar, de Natuur Historische Vereniging Pepijnsland (Echt-Susteren), Natuurwacht Limburg afd. Venlo, Vogelwerkgroep Bemelen en de stichting Grueles uit Eijsden-Margraten. Maar ook lokale gemeenschappen zetten zich in. Dat was het geval in Osebos en Stokhem uit de gemeente Gulpen-Wittem, Geulle (Meerssen), Kelmond-Beek, Maria-Hoop (Echt-Susteren), Herkenbosch (Roerdalen), Heek-Valkenburg, Geusseltpad (Maastricht) en Bocholtz (Simpelveld), Grathem (Leudal) en op de Daelsweg in Voerendaal.
Kinderen
Diverse initiatiefnemers betrekken ook de lokale jeugd bij de overzetacties. Ze komen rechtstreeks in contact met levende dieren, doen heel concreet ervaring op met beschermingswerk en krijgen ook nog eens oog voor het belang van paddenpoelen in de buurt. Spelenderwijs leren ze op die manier dat je de natuur ook in de eigen buurt kunt helpen.
De werving van deelnemers blijft een punt van aandacht. Actieve mensen die een bijdrage willen leveren, zijn elk voorjaar weer welkom. Voor mensen die graag buiten zijn, dit zinvol werk vinden kunnen zich aansluiten bij de plaatselijke overzetgroepen.
Mensen die zelf een paddenoverzet-actie overwegen, kunnen voor advies en eventuele hulpmiddelen de hulp inroepen van de stichting IKL.