Vanaf 11 december gaat onder de naam Limburgnet de nieuwe dienstregeling voor het
openbaar vervoer in Limburg van kracht. Arriva, de komende 15 jaar verantwoordelijk
voor het bus- en treinvervoer in Limburg, zet vooral in op méér en snellere verbindingen
tussen de drukke bestemmingen.
Ook reiscombinaties van bus en trein leveren meer mogelijkheden en tijdwinst op, zowel grensoverschrijdend als richting Brabant, Gelderland en de Randstad. Op plaatsen en tijden met weinig reizigers wordt maatwerk de norm met onder andere vervoer op afroep naar de dichtstbijzijnde voorzieningen, buslijnen en treinstations.
Vraaggericht openbaar vervoer in Limburg, zo luidde één van de eisen van de Provincie Limburg bij de aanbesteding van de concessie voor het openbaar vervoer tot en met 2031. “En dat gaan we ook waarmaken”, zegt Anne Hettinga, CEO van Arriva Nederland. “We hebben onderzocht waar behoefte is aan méér treinen en bussen in een hogere frequentie. We kijken niet puur naar dorpen en wijken waar veel mensen wonen, maar vooral naar de vraag naar openbaar vervoer. Dat hebben we vertaald in de inzet van meer ritten waar vraag is, maar vooral ook in snelle en meer directe routes. Hierdoor boeken we op veel trajecten tijdwinst. Tijdwinst is vaak te halen door trein en bus te combineren in één reis.”
Anders
“Niet alles blijft hetzelfde”, zegt Patrick van der Broeck, Openbaar Vervoergedeputeerde van Limburg. “Op sommige plekken worden vaste lijndiensten vervangen. Maar dat wil niet zeggen dat Arriva in de kleine dorpen minder diensten levert. We gaan het daar anders doen. Met kleine busjes passagiers naar de grotere knooppunten van trein en bus brengen bijvoorbeeld. ’s Avonds en in de weekends kunnen mensen vervoer bestellen, tegen de gebruikelijke tarieven. We willen als Provincie Limburg af van lege bussen. Die kosten geld en zijn onnodig vervuilend. Wat we daarmee besparen, zetten we elders in, om daar waar veel reizigers zijn meer te kunnen rijden en meer comfort te bieden. We gaan er behoorlijk op vooruit in Limburg.” 95% van de huidige reizigers behoudt zijn bussen en treinen, vaak in een verbeterde versie. Voor 5% van de reizigers is naar maatwerkoplossingen gezocht en gevonden.
Vaker
Van der Broeck is positief over de nieuwe dienstregeling. “Ik zie in de hele provincie nieuwe verbindingen en stel vast dat bussen op de drukke lijnen en treinen vaker rijden in de spitsuren. Ook snelle combinaties trein, bus en maatwerk in één reis zorgen voor de nodige tijdwinst. Ik denk dat we met deze dienstregeling meer mensen in het openbaar vervoer krijgen en daar is het Limburgnet voor ontworpen.”
Absoluut, vult Anne Hettinga aan. “Meer mensen betekent meer omzet en dat levert weer meer ruimte voor verbeteringen en innovaties. We hebben nog de nodige wensen en plannen waarmee onze zogenoemde ontwikkelteams volgend jaar al aan de slag gaan. En mochten er nog knelpunten ontstaan, dan gaan we in overleg met de klant. Niets is in beton gegoten.” De komende 15 jaar zal er demografisch en economisch nog het nodige veranderen in Limburg en vernieuwen de technische mogelijkheden zich; daar wordt blijvend op in gespeeld. Reizigers beoordelen zelf wat ze van deze kanteling in het OV in Limburg vinden. Op 11 december gaat Arriva van start, in de weken daarna worden zo nodig kleine verbeteringen doorgevoerd om omissies op te vangen en halverwege 2017 wordt de hele nieuwe dienstregeling uitgebreid geëvalueerd.
Steden
Centraal in Limburgnet staan de vaste lijndiensten. Treinen rijden in de basis twee keer per uur en tussen Maastricht en Heerlen (alle dagen) en tussen Nijmegen en Venray (op werkdagen) vier keer per uur. Streekbussen rijden schema’s van minimaal twee keer per uur in de spits en één keer in de rustige uren en het weekend. Dat geldt ook voor de zogenoemde Qliners, comfortabele bussen die de knooppunten én de treinstations met elkaar verbinden; op een deel hiervan wordt vier keer per uur gereden. In de grote steden zijn de routes directer en korter en worden bestemmingen als scholen, ziekenhuizen, winkelcentra en bedrijventerreinen beter bereikbaar.
Arriva investeert behalve in het netwerk ook in nieuw en energiezuinig materieel. Vanaf 11 december rijden er elektrische bussen van VDL op de stadsdienst in Venlo en stadslijn 3 tussen Wolder en Nazareth in Maastricht. Vanaf 2026 moeten alle bussen elektrisch zijn. De treinen zijn dat al vanaf 2021. Verder komen er goed toegeruste en veilige haltes en overstappunten.
“Cruciaal in combinatie met een meer eenvoudige en effectieve dienstregeling”, meent Patrick van der Broeck. “Ik denk dat we een goede start maken met het vervoer van de toekomst.”