ECHT – In Echt-Susteren begint IKL-Limburg, de stichting Instandhouding Kleine Landschapselementen volgende week achter de abdij Lilbosch met noodzakelijk onderhoudswerk aan een houtwal aan de Patersweg.
Deze houtwal is onderdeel van een van de vliegroutes die de zeldzame ingekorven vleermuis er in dit kleinschalig landschap op na houdt. Deze bijzondere vleermuis, een soort van de rode lijst die het ook in de rest van Europa moeilijk heeft, verblijft in de zomerdag in de omgeving op de zolders van de Abdij Lilbosch in Pey en het klooster Adidam in Mariahoop. De dieren jagen en verplaatsen zich in de schemering en nachtelijke uren via vaste vliegroutes naar de jachtgebieden..
Daarbij maken ze gebruik van een dicht netwerk van lijnvormige landschapselementen als houtwallen, lanen, singels, hagen en bosranden. Het dier jaagt laag over de grond. In de luwte van de bomen en struiken vangen ze daarbij grote hoeveelheden insecten. Daarbij gaat het om vliegen, muggen, maar ook spinnen, rupsen, kevers en gaasvliegen. De ingekorven vleermuis kan ook cirkelend boven bomen gezien worden, waarbij ze hun prooi vaak van de bladeren plukken. Daarnaast jagen de dieren ook graag op vliegen in veestallen.
Op dit ogenblik zijn in Nederland twee kolonies van de ingekorven vleermuis bekend, beiden in Echt. In 2011 werden daar nog 1050 vleermuizen geteld. Het jaar daarna waren het er de helft minder. Onderzoekers vermoeden dat de kolonies zich opgesplitst hebben omdat er in de directe omgeving te weinig voedsel meer zou zijn. Onderzoek verleden jaar zomer wees uit dat de leermuizen vanuit hun zomerverblijfplaatsen vluchten maken tot aan Stein, Limbricht, Einighausen, Montfort, Süsterseel en Saeffelen toe. Er zijn nu ook dieren aangetroffen in gebouwen in andere gemeenten. Zo werden meerdere vleermuizen aangetroffen op de zolder van een oude boerderij in Einighausen in Sittard-Geleen.
Het onderhoud door IKL aan de houtwal aan de Patersweg bestaat uit zogenaamd hakhoutbeheer. Daarbij worden de bomen en struiken aan de stamvoet afgezaagd. Dit gebeurt in fases, waarbij een aantal grotere bomen overeind blijven, de zogenaamde ‘overstaanders’. Door het zaagwerk kan er meer zonlicht tot op de bodem doordringen, waardoor de stobben van de bomen en struiken opnieuw uitlopen. Wanneer dergelijk verjongingsbeheer uitblijft, dan blijft er alleen een rij bomen over zonder verdere ondergroei.
Door het hakhoutbeheer en het handhaven van overstaande bomen, blijft de houtstructuur behouden en als vliegroute voor de Ingekorven vleermuis geschikt.
Het werk door IKL is mede mogelijk met een financiële bijdrage van de gemeente Echt-Susteren, de Provincie Limburg en Europa.